Generic filters
Exact matches only
Generic filters
Exact matches only
Generic filters
Exact matches only

Aan de bloedonderzoeken kun je wel afmeten hoe erg de ontstekingen zijn. Als er sprake is van vasculitis, dan is uit de uitkomst van zo'n bloedonderzoek op te maken hoe actief de vasculitis is. De testen kunnen daarom ook gebruikt worden om te bepalen of de behandeling aanslaat. Als de bloedwaarden verbeteren, weet je dat je met de juiste behandeling bezig bent.

De twee belangrijkste bloedonderzoeken om vast te stellen of er ontstekingen zijn en hoe hevig de ontstekingen zijn, zijn het onderzoek op de snelheid van de bloedbezinking en het onderzoek op de aanwezigheid van het zogeheten C-reactieve proteïne (CRP).

De bloedbezinking

De bloedbezinking wordt op het formulier voor bloedonderzoek aangegeven als BSE. Dat heeft in dit geval niets te maken met de gekke koeienziekte. Het betekent bloedsediment, oftewel bloedbezinking.

Bij gezonde mensen is de bloedbezinking kleiner dan 20 mm/uur. Wat betekent dat in een uur minder dan 20 mm vaste bestanddelen in het bloed (bijvoorbeeld de witte en rode bloedcellen en de bloedplaatjes) naar de bodem van het onderzoeksbuisje zinken. Bij patiënten met ontstekingen, zoals GPA (Granulomatose met PolyAngiitis - voorheen de ziekte van Wegener genoemd) , is dat veel meer. De bezinking kan dan wel oplopen tot 100 mm/uur of nog hoger.

Bij een actieve vasculitis zijn er ook meer witte bloedcellen (leukocyten) en bloedplaatjes (trombocyten) in het bloed aanwezig. Ook dit wordt in de BSE gemeten. Bij een immuunreactie maakt het lichaam namelijk extra witte bloedlichaampjes aan om vreemde stoffen in het lichaam te bestrijden. Vasculitis is ook een immuunreactie, maar dan tegen stoffen van het eigen lichaam, vandaar de naam auto-immuunziekte.

Het lichaam maakt bij bloedingen ook extra bloedplaatjes aan om die bloedingen te kunnen stelpen. Daardoor ontstaat er bij een bloeding op de huid een bloedkorstje. Dat bestaat uit samengeklonterde bloedplaatjes. Die dichten het gaatje in het bloedvat. Bij een ontsteking zoals vasculitis, worden er ook meer bloedplaatjes gevormd. En dat is weer te zien aan de verhoging van de bezinking.

De BSE wordt echter vooral bepaald door de samenstelling van de plasma-eiwitten. Bij allerlei ontstekingen in het lichaam worden namelijk extra eiwitten gevormd, zoals fibrinogeen (dat onderdeel uitmaakt van het stollingsapparaat) en gammaglobulinen (afweerstoffen). Deze eiwitten zorgen ervoor dat de rode bloedcellen aan elkaar plakken en dan sneller zinken in een stilstaande kolom.


Het c-reactieve proteïne (CRP )

Het c-reactieve proteïne (CRP) is een acute-fase-eiwit dat door de lever wordt geproduceerd als reactie op een ontsteking. Het is een stof die onze weerstand tegen infecties verhoogt en die het genezingsproces bevordert. Als er in ons lichaam een ontstekingsproces aan de gang is, dan stijgt de concentratie van deze eiwitten snel.

De concentratie van deze eiwitten in het bloed is dan ook een goede indicator voor de aanwezigheid van een ontsteking of infectie. Hoe hoger het CRP-gehalte is, des te ernstiger de ontstekingen en dus ook de systemische vasculitis.

Bij gezonde mensen is het CRP-gehalte kleiner dan 0,5 mg%. Bij patiënten met systeemvasculitis kan die waarde snel stijgen


Bron: De oorspronkelijke tekst van dit artikel is geschreven voor de documentatiemap van de Vasculitis Stichting en tot stand gekomen in samenwerking met de Ruprecht-Karls-Universität Heidelberg en de Deutsche Nierenstiftung.

Deze pagina is voor het laatst bijgewerkt op 27 maart 2013


 

OVERIGE TESTEN